19 Juli, Etappe 17, Brrrrrr....

We waren lekker op tijd vandaag, Janientje wilde ook eens ervaren hoe het is om een col te beklimmen. De enigste die daarvoor in aanmerking kwam was de Col de Manse. Maar mensen wat een weer. Tussen de regenbuien door is ze met een geleende fiets en een tenue van een prof-wielrenster die ook nog eens fantastische columns schrijft, de Col opgereden. Nee, ze kwam halverwege en zo als het een echte blondine betaamd moest ze eerst haar haar föhnen voordat ze op de foto wilde. We waren reeds halverwege de beklimming omdat de renners via een andere route naar boeven kwamen. Tijdens de wandeling verdween het waterige zonnetje dat ons begeleidde en kwamen de druppels onze nekjes weer vernatten. Onverwachts en te vroeg volgens onze inschatting zagen we renners opdoemen. Nee, geen peloton maar slechts een Canadees, gevolgd door twee Noren en verdere duo's en enkelingen waaronder ook Marcato. We scholen onder wat bomen en Janientje stond er op om haar regenjas uit te doen. "We zijn tenslotte in de bergen en ik zal Robby en Johnny op gepaste wijze aanmoedigen", was haar betoog.

U kunt de verbazing begrijpen toen we Evans, Contador en Sanchez als trio langs zagen razen. Opdat moment wisten we niet wat er voorafgaand aan de klim was gebeurd. Tot grote vreugde van Janientje zagen we daarna Rob Ruijgh in gezelschap van de gele trui ook als een speer voorbij komen. Hij bewees vandaag maar weer eens dat de verlenging van zijn contract bij Vacansoleil tot en met 2013 een goede zet is van de ploegleiding. Rob is en blijft de beste Nederlander in het algemeen klassement en dat is bepaald niet onopgemerkt gebleven. De klimcapaciteiten van Ruijgh zorgen af en toe voor wrevel binnen het peloton. Ivan Basso had zijn excuses al aangeboden voor die scheldpartij richting de Robby aan de voet van Plateau-de-Beille. De Italiaan zou 'fuck off, Vacansoleil' geschreeuwd hebben, maar Ruijgh was niet onder de indruk en liet de man van Liquigas even in zijn sop gaar koken en, vandaag liet hij Basso even zien wie de betere klimmer is. We mistte een broertje Schleck en Basso dus en....ja eigenlijk het peloton ook duurde het opvallend lang voor we de eerste Rabobank renner konden spotten.

Nadat we de bezemwagen uitgezwaait hadden zijn we weer naar beneden "gewandeld", mocht je dat zo noemen. Aangekomen bij het Café waar de auto stond, moest Janientje eerst de roze verf, die uit de stof van haar zo creatief gemaakte Alpenjurkje haar huid had gekleurd, afwassen. In wat warmere kleding gestoken dronken we nog koffie en zijn we terug gereden naar het Hotel.

De dag vandaag met Janientje

Vanmorgen stonden we geparkeerd bij één van de voormalige "schuilplaatsen" van Napoléon, een gebouw dat werd ontworpen door Alexandre Lepeintre, de baas destijds in de Hautes-Alpes zo rond 1860. Dit toevluchtsoort werd vooral gebruikt als overnachtingsplaats voor ongelukkig reizigers in telefoon- en autoloze tijden. Nu is het een Café waar je gezellig, bij ander weer dan vandaag, op het terras kunt zitten en als amateurrenner je twijfels over de beklimming nog een keer kunt overdenken. De Route Napoléon wordt de straat hier genoemd, een adelaar bij de ingang staat er als blijk van de destijds genomen besluit om Napoleon's nalatenschap te gebruiken om schuilplaatsen op de belangrijkste doorgangswegen in dit gebied. Er werden meerdere van die gebouwen neergezet. Zo vind je ze bij de Col d'Lacroix, Queyras, Champsaur-Dévoluy, Col Agnel, in Vars en dus ook hier in Manse.

Elk gebouw is identiek aan het andere, zelfs het interieur, de kelder, een gemeenschappelijke ruimte voor reizigers, een keuken, stallen en een verdieping met kamers voor reizigers. Bovendien woonden er in dit toevluchtsoord gidsen, die op last van het het bestuur van de Hautes-Alpes, in tijden van onrust of mist en in de nacht, met een lantaarn de begeleiden van reizigers op zich namen.

Ik ben vanmorgen op een racefiets gestapt en heb de Col de Manse beklommen. Nou, ja, tot aan het punt waar de tourrenners vanaf een andere kant naar boven zouden rijden. Ik kan u zeggen, dat is niet de juiste inspanning vor mij gebleken. Eerlijk, dat zeemleren kruis in die wielrenbroek voelt verre van Marlies Dekkers, zelfs een vergelijking met Livéra raakt kant nog kruis. Het gaf Dhr. Kettingkast natuurlijk een reden tot cynische opmerkingen maar de sfeer was eigenlijk ondaks het slechte weer best gezellig.

De schrik was des te groter toen we hoorden dat een 59-jarige technicus-chauffeur van de Franse televisie dood was aangetroffen in een rivier vlakbij de aankomstplaats in Gap. Het slachtoffer bleek een oom van Quick Step-renner Pineau. Gisteren had hij nog zijn 59ste verjaardag gevierd, en zou zijn overleden aan een hartaanval. Ik vond het des te moediger dat die jonge van Pineau ook nog heeft geprobeerd om aan te vallen vandaag. Misschien was het wel om zijn oom, die zelf ex-renner was en al 27 jaar voor de organisatie van de Tour werkte, te herdenken.

Ik heb me door dat verhaal niet laten weerhouden om Rob Ruijgh en Johnny Hoogerland aan te moedigen. Echt, ik had zo'n mooie toepasselijke jurk gevonden om de jongens in de Alpen aan te moedigen. Helaas moest ik vandaag wel ondervinden dat de roze stof die er in verwerkt is niet echt tegen water is opgewassen. Nee, mijn fout natuurlijk, ik had de jurk eerst een keer in de wasmachine moeten draaien. Ik heb wel de overtuiging dat mijn aanmoedigingen hebben geholpen! Rob bleek gelijk met de gele trui en Fränk Schleck over de finish gekomen te zijn, mèt voorsprong op zijn grote vriend Basso! Nu zijn we gelukkig terug in het hotel en zijn we weer opgewarmd. Ik zal me toch beter moeten voorbereiden, want die etappes in de Alpen konden nog wel eens in herfst- of zelfs winterachtige omstandigheden verreden worden.

Lekker hoor, dat idee van Karel om met, de 4-wiel aangedreven, Panda met opendak van Mevr. Kettingkast-Sputterbret naar de Tour te komen! Morgen wordt het dus weer spannend volgens de kenners, de gebeurtenissen van vandaag hadden ze ook niet verwacht, dus we zullen zien!

Janientje


Terug in het hotel zagen we dat de overgangsrit naar Gap dus gewonnen is door Thor Hushovd. De 33-jarige Noor van Garmin-Cervélo was de sterkste renner van een kopgroep van oorspronkelijke tien man, en kwam hij in de regen als eerste over de finish voor zijn landgenoot Edvald Boasson. In de beginfase van deze snelle rit duurde het lang voordat er een groepje wegreed. Allemachtig wat werd er hard gereden!
Vlak voor de ravitaillering op 85 kilometer van de aankomst ontstond er een kopgroep met onder meer Johnny Hoogerland en Bauke Mollema. Omdat de Fransman Arnold Jeanneson een bedreiging was voor de witte trui van Rigoberto Uran, zette Team Sky zich aan het peloton en haalde het de vluchters terug. Kort erna ontstond er een nieuwe kopgroep van tien man, met de Garmin-renners Hesjedal en Hushovd, Marco Marcato, Tony Martin, Dries Devenyns, Edvald Boasson Hagen, Alan Pérez en Jérémy Roy. Het tiental bleef uit de greep van het peloton en reed het maximale voorsprong van zes minuten bij elkaar. De tien begonnen gezamenlijk aan de beklimming van de Col de Manse en maar het was Ryder Hesjedal die als eerste over de top kwam.
In de achtergrond was met name Alberto Contador erg actief. In zijn derde demarrage op twaalf kilometer van de aankomst lukte het hem de gebroeders Schleck los te rijden. Contador kreeg Cadel Evans en Samuel Sanchez met zich mee. De drie gingen met een voorsprong van een halve minuut de 11,5 kilometer lange afdaling in. Andy Schleck bleek aan de finishlijn de grootste verliezer onder de klassementsrenners.
Hij verloor een dikke minuut op concurrenten Contador en Evans. Thomas Voeckler kwam onder begeleiding van Rob Ruijgh over de finish en blijft met nog vijf dagen te gaan aan de leiding van het algemeen klassement. Rob Ruijgh en Voeckler hadden op 4 minuten en 44 seconden nog wel Fränk Schleck bij zich, maar broertje Andy kwam bijna een minuut later over de meet op 5.32. Johnny Hoogerland bleef op 7.34 Robert Gesink bijna 2 minuten voor. We zagen Laurens Ten Dam gelukkig ook over de finish komen.
Rob Ruijgh klom naar de 19e plek van het algemeen klassement en staat nu op 12 minuten en 56 seconden van Voeckler.

De organisatie denkt niet dat er dit jaar in de Tour de France bergetappes ingekort moeten worden vanwege het weer. Door noodweer in Zuid-Frankrijk tijdens de afgelopen dagen werd er gevreesd dat de etappe van aanstaande donderdag over de Galibier ingekort zou moeten worden. Zo zou er gisteren op de top van de col tien centimeter sneeuw gevallen zijn. De organisatie van de Tour maakt zich echter nog geen zorgen. “We houden het in de gaten en kunnen ritten aanpassen als dat nodig is", vertelde koersdirecteur Jean-François Pescheux vandaag. "We weten dat het kan sneeuwen op de hogere bergen, ten minste één keer per maand. Normaal gesproken zal het nu verdwijnen." Pescheux geeft aan dat er alleen maatregelen genomen zullen worden wanneer de wegen niet meer begaanbaar zijn. "De omstandigheden moeten wel heel zwaar zijn, willen we de koers stilleggen," besloot hij.

Morgen is de eerste echte grote bergrit van de Alpen, nadat de renners vandaag al een klein beetje kennis hebben kunnen maken met het gebergte in oostelijk Frankrijk.
In de rit van Gap naar Pinerolo moet meer geklommen worden en wie weet zullen er opnieuw verschillen komen voor het algemeen klassement. Pinerolo is als niet-Franse plaats natuurlijk niet zo bekend in de Tour en het is dan ook de eerste keer dat de Italiaanse stad aankomstplaats is. In de Giro d’Italia was Pinerolo wel al eerder aanwezig. In 1949 won bijvoorbeeld Fausto Coppi de koninginnerit over vijf bergpassen voor zijn grote concurrente Gino Bartali. De rit van Gap naar Pinerolo is 179 kilometer lang, maar het klimwerk begint pas na een kleine zeventig kilometer. Na 71.5 kilometer ligt de top van de Côte de Sainte-Marguerite van derde categorie.
De vraag is of de sprinters voor het groene truiklassement er nog bij zullen zijn dan, want niet veel verder ligt de supersprint in Villar-Saint-Pancrace na 81.5 kilometer. Daarna wordt er direct weer geklommen op La Chaussée, ook wel de Montée de Briançon genoemd. Na de top kan er gegeten worden in Briançon bij de ravitaillering en gelijk doorgeklommen worden naar de top van Col de Montgenèvre.
Na een korte afdaling volgt de zwaarste beklimming van de dag. Er moet dan 11,1 kilometer omhoog gereden worden naar Sestrières in Italië. In een enorm lange afdaling moet maar liefst 1560 hoogtemeters naar beneden gereden worden. Daarna wacht nog de laatste beklimming de Côte de Pramartino. De top ligt op acht kilometer van de streep. U begrijpt dat uw reporter met zijn vakantiekracht niet het Italiaanse zullen inrijden. Nee, als Berlusconi zou vernemen dat Janientje zich op Italiaanse bodem zou begeven....nou u weet wel "bongo bongo" party's en zo. Uw verslaggever staat morgen hopelijk op de top van de Col de Montgenèvre. Ik ben benieuwd hoe ver dat jurkje van Janientje is gekrompen in de wasdroger.

Het is voor de verandering een verademing om al zo vroeg in de avond weer in het hotel te zijn. Goed voor de lezers van de Tourgazet Plagiato, goed voor uw reporter en z'n assistente. Misschien geniet u straks van Tour du Jour en kunt u de stiltes en geluidsloze blikken voor liefnemen en de Avondetappe bekijken. Achtergrond nieuws uit de Tour blijft nu eenmaal onontbeerlijk.

Voor nu wens ik u een prettige avond,
Bon Noite,
Karek Kettingkast

Geen opmerkingen:

Een reactie posten